Wanneer een overdrachtsbericht verstuurd wordt, wordt bepaald welke ZIBs in Ons aanwezig zijn, en welke dus in het bericht worden meegenomen. Als er tussen het moment van versturen door organisatie A en het voltooien door organisatie B extra informatie aan het dossier (bij organisatie A) wordt toegevoegd, zal dat niet leiden tot extra ZIBs in de overdracht.
Voorbeelden hiervan zijn nieuwe afspraken of extra allergieën.
Welke informatie in de ZIBs zit wordt pas bepaald op het moment dat organisatie B de overdracht voltooid. Indien bestaande informatie is aangepast tussen het versturen en ophalen, zal wel de nieuwe informatie mee komen. Als bijvoorbeeld een adres is aangepast, zal het nieuwe adres worden meegestuurd. Als de overdracht eerst wordt "Voltooid" en pas later de gegevens overgenomen naar het Ons bronsysteem, wordt die informatie gebruikt zoals deze op het moment van voltooien beschikbaar was.
Credentials voor het ophalen van een overdracht blijven 1 maand geldig. Een overdrachtsbericht kan worden opgehaald tot een maand nadat het is verstuurd. Bovenstaande kan relevant zijn wanneer een overdrachtsbericht (veel) eerder wordt verzonden dan de cliënt wordt overgedragen.
In veel gevallen is het echter praktisch een (gedeelte van) de informatie al eerder te hebben. Het is daarom ook mogelijk om een cliënt opnieuw over te dragen (dus een nieuw overdrachtsbericht te versturen), mocht er op een later moment meer of nieuwe data in het dossier zijn opgenomen. De ontvangende partij kan bij het tweede bericht de informatie koppelen aan de reeds bestaande cliënt.
